Nieuws

Belastingplan 2024: aanpassingen fiscale rechtsvormen

De overheid wil het belastingstelsel vereenvoudigen en overzichtelijker maken. Daarnaast is er de wens om de regels meer in lijn te brengen met fiscale regelingen in het buitenland. Een aantal fiscale rechtsvormen wordt daarom aangepast. In dit artikel zetten we de aanpassingen op het gebied van open fondsen, open CV’s, fiscale beleggingsinstellingen en vrijgestelde beleggingsinstellingen op een rij.

Open fondsen en Open CV’s

Fondsen voor gemene rekening (FGR’s) en Commanditaire Vennootschappen (CV’s) kunnen worden ingezet voor het gezamenlijk beleggen van vermogen. Daarbij bestaan twee vormen. Het onderscheid hierbij wordt gemaakt door de voorwaarde of wel of niet alle participanten toestemming moeten verlenen voor overdracht van een participatie:

  • Als die toestemming niet is vereist, is sprake van een Open Fonds voor Gemene Rekening (OFGR) of Open CV. Dat betekent dat het OFGR of de Open CV zelfstandig belastingplichtig is voor de vennootschapsbelasting. De participanten worden behandeld als aandeelhouders in een BV. Bij een participatie van minimaal 5% door een privépersoon, valt dat belang in box 2.
  • Als die toestemming wel is vereist, is sprake van een besloten fonds voor gemene rekening (BFGR) of Besloten CV. De BFGR of Besloten CV is transparant en de resultaten worden rechtstreeks belast bij de participanten (bijvoorbeeld in box 3).

Beide vormen zijn eigenlijk niet bedoeld voor beleggingen in familie- en vriendenverband, maar werden daar de afgelopen jaren wel steeds vaker voor gebruikt. Ook werden de rechtsvormen gebruikt voor anonimisering van vermogen. Voor de overheid is dit reden om alle fondsen straks belastingplichtig te maken voor de vennootschapsbelasting en alle CV’s transparant. Van een fonds is echter alleen nog maar sprake als het voldoet aan de definitie volgens de Wet op het financieel toezicht. Voor familiefondsen is dat niet het geval, waardoor die fondsen vanaf 2025 komen te vervallen.

Het jaar 2024 is een overgangsjaar. Het is de bedoeling om de huidige regeling per 1 januari 2025 op te heffen. Het overgangsrecht voorziet erin dat zonder belastingheffing de participatie in een OFGR of Open CV kan worden omgezet in een participatie in een BV. Ook voor de overdrachtsbelasting kan een vrijstelling worden benut, maar alleen als de OFGR of Open CV al bestond vóór Prinsjesdag en het vastgoed daar al onderdeel van was.

Fiscale beleggingsinstelling (FBI)

De fiscale beleggingsinstelling is een vehikel dat zelfstandig is onderworpen aan belastingheffing tegen een belastingheffing van nihil. Dit wordt gebruikt voor grote beleggers en komt in de MKB-praktijk vrijwel niet voor. Vanaf 2024 is het niet langer toegestaan om via een FBI te beleggen in Nederlands vastgoed.

Vrijgestelde beleggingsinstelling (VBI)

De vrijgestelde beleggingsinstelling is een NV of OFGR met een bijzondere status. Die status kan worden verkregen als de bezittingen alleen maar uit beleggingen en liquide middelen bestaan. Met deze status is geen vennootschapsbelasting verschuldigd. Wel wordt de aandeelhouder/participant geacht ieder jaar een zeker dividend te ontvangen.

De VBI wordt in de MKB-praktijk wel regelmatig gebruikt, met name door oud-ondernemers met voldoende vermogen. Een aantal jaar geleden is de stap naar een VBI al moeilijker gemaakt. Toch wordt de VBI met ingang van 2025 volledig afgeschaft. Er is helaas geen passend alternatief voor bestaande VBI’s, zodat die VBI’s vanaf 2025 weer vennootschapsbelasting moeten gaan betalen.

Meer weten?

Wilt u meer weten over de plannen in het Belastingplan 2024 dat op Prinsjesdag werd gepresenteerd? Via onze Belastingplan 2024 kennisbank houden we u op de hoogte van de laatste ontwikkelingen en belangrijke informatie. Heeft u vragen of wilt u advies over wat het Belastingplan 2024 voor u betekent? Neem dan gerust contact met ons op. Onze adviseurs staan graag voor u klaar met ondersteuning en persoonlijk advies.

Nadia van Herwijnen RB

+31 (0)10 - 48 00 155